Column van een expat: naar de dokter

Column van een expat: naar de dokter

Beroepen zoals dokter, advocaat of ingenieur staan in een hoog aanzien in Colombia. Als je buurman ingenieur is, dan spreek je hem dus meestal ook zo aan – “Ingenieur Diaz, hoe gaat het met u?”. Mijn buurman geeft mij overigens altijd een hand en begint zijn zin met “Vecino, que tal…?” Of te wel “Buurman, hoe gaat het…” Dat benoemen van iemands titel of ‘staat’ doet na honderden keren gehoord te hebben nog altijd grappig aan. Alsof je anders zou vergeten wat je functie is. Tegelijkertijd is het een vorm van respect en dat is zeker te waarderen.

Als je bij een dokter komt en hij vertelt je dat de beste remedie voor je koude voeten is op je hoofd gaan staan en driemaal daags kamillethee drinken, dan wordt dat klakkeloos aangenomen. De dokter – behept met magische krachten en een ongebreidelde kennis – weet immers alles. Dat hij ook gewoon een mens is – met weliswaar een degelijke studie – wordt weleens over het hoofd gezien.

De dokter bel je ook op voor ieder wissewasje. Beetje verkouden? Naar de dokter! En auw-vinger? Naar de dokter! Of op z’n minst sla je een heel pakket aan medicijnen in. Het aantal drogisterijen per vierkante meter is – net als het aantal winkelcentra en pinautomaten – dan ook nergens hoger dan in Bogota. Althans, dat vermoeden heb ik.

De dokter kun je – net als eigenlijk alles in Colombia – ook makkelijk aan huis bestellen. Er bestaan speciale dokterspraktijken die alleen maar huisbezoeken doen. Een soort `flying doctors´, maar dan per auto. Als je belt, krijg je een dokter aangewezen die tijd heeft en in de beurt is, dus het is nooit je eigen dokter. We hebben een aantal keer – ze komen langs tot negen uur `s avonds – zo’n mobiele dokter laten langskomen. Opvallend is dat ze bijna standaard een antibioticakuurtje uitschrijven. Terwijl dat niet altijd nodig bleek.

Over medicijnen gesproken. De meeste medicijnen zijn gewoon zonder recept verkrijgbaar bij de apotheek en niet zelden zijn het paardenmiddeltjes. Als je het etiket leest, lijkt het soms wel of je de dopinglijst van de Tour de France aan het doornemen bent. Ook in kindermedicijnen zitten soms bestanddelen waarvan je je afvraagt of ze wel zo geschikt zijn.

Verzekeringsmaatschappijen hebben in Colombia hun eigen ziekenhuizen/gezondheidscentra. En de wachtkamers zitten altijd vol. De gezondheidszorg in Colombia is – als je een verzekering kunt betalen – behoorlijk goed. Bovendien is de persoonlijke aandacht groter. Bij mijn Nederlandse tandarts duurde een afspraak een kwartiertje. Lukt het in die tijd niet om de klus te klaren, dan mag je een nieuwe afspraak maken. Mijn Colombiaanse tandarts – je wordt begroet met een omhelzing – trekt 45 minuten uit voor een reguliere controle. Dan voel je je toch een stuk minder een nummer. Bovendien bracht zij bij de eerste afspraak een paar gebreken aan het licht – ze had met 45 minuten immers alle tijd – die mijn Nederlandse tandarts over het hoofd had gezien. Aantoonbare gebreken die een tandarts niet mag missen. Wees gerust – ik heb al m’n tanden nog.

Sommige jaren doe ik mee aan de Halve Marathon van Bogota. Die wordt altijd in juli gehouden en is een grote happening. Net zoals bij de grote Nederlandse marathon is er dan ook een expo opgetuigd met allerlei stands. Bij de stands waar je een gratis medische check kunt krijgen staan de mensen in de rij. Sowieso hamert de organisatie van de halve marathon op het gezondheidsaspect van het hardlopen. Zo valt er op de papieren die je meekrijgt te lezen dat je een goede warming-up moet doen, genoeg moet slapen voordat je meedoet aan de wedstrijd, goed op je eten moet letten en vooral niet uitgedroogd moet raken.

Want met je gezondheid moet je niet spotten.