Villa de Leyva: dorpsleven na de grote stad

Villa de Leyva: dorpsleven na de grote stad

Een van de populairste tripjes om vanaf Bogota te maken is Villa de Leyva. In het koloniale dorpje op 3 uur rijden van de hoofdstad kom je even helemaal tot rust.

Als je na een jaar lang hard werk of studeren dan eindelijk op de luchthaven van El Dorado landt, is de vakantie begonnen. Bogota is fascinerend maar tegelijkertijd groot en druk. Tot rust komen is dus best lastig. Maar voor dat is een oplossing;  neem na een paar dagen hoofdstedelijk vertier de benen naar het rustieke Villa de Leyva.

Hemelsbreed is het slechts 160 kilometer, maar je bent zeker 3 uur onderweg om in Villa de Leyva te komen. Eerst moet je de grote stad nog uit en dan moét je onderweg nog even stoppen bij Puente Boyaca, de plek waar Colombia werd terugveroverd op haar Spaanse overheerser. Tot Puente Boyaca zijn het brede goed geasfalteerde wegen – op en af –  maar vooral rechtuit, na Puente Boyaca is het direct linksaf en slingeren door de bergen.  Vooral in het tweede deel van de rit is het uitzicht adembenemend mooi.

Onze entree in Villa de Leyva tovert meteen een lach op het gezicht. Met de auto komen we aan de ene kant van het dorpje aan, terwijl we aan de andere kant moeten zijn. Dat betekent een tochtje door de oude straatjes. En daar liggen nu net die klassieke kasseien. Met een slakkengang hobbelen we over de grove stenen. Een dame die we passeren met haar naaldhakken heeft het nog zwaarder, dus ze tovert snel haar gympen uit de tas.

Koloniaal Villa de Leyva

Villa de Leyva dateert uit 1572 en de tijd lijkt stil te hebben gestaan. De kasseien, de kleine schattige huisjes, de kerkjes, het immense dorpsplein dat het grootste van het land is; we zouden eigenlijk met paard en wagen door de straatje moeten rijden, niet met onze moderne vierwieler. Als we ingecheckt zijn in de fijne b&b slenteren we door de straatjes. De zon schijnt uitbundig en het is zeer behaaglijk. Warm (we zitten dicht bij de evenaar), maar niet heet (2100 meter boven zeeniveau). Overal zien we restaurantjes in fraaie binnentuinen. Er is van alles te krijgen: van een verse forel tot toeristenvoedsel nummer één: pizza.

Pozos azules

In en rond Villa de Leyva is genoeg te doen. Je kunt musea bezoeken, paardrijden, fietsen, gaan hiken (er zijn verschillende watervallen in de buurt) of het archeologische park bezoeken. El Fóssil is een zo goed als in tact gebleven 120 miljoen jaar oud zeedier. Omdat we niet kunnen kiezen besluiten we bijna alles te doen. Te beginnen met een fietstocht. Buiten het dorpje is het uitgestorven. We fietsen op onze mountainbikes helemaal alleen door het mooie, maar droge landschap. We stoppen onder meer bij pozos azules (kleine kraakheldere meertjes) en het beroemde terracotta huis.

Paardrijden

Na een goed diner en nachtelijk sterren kijken vanaf het centrale plein, vallen we als een blok in slaap. We ontbijten in de tuin van de fijne bed&breakfast waar we logeren. Voor onze neus halen kolibries nectar uit de bloemetjes. Een beter begin van de dag is niet denkbaar. Niet veel later bestijgen we het vervoermiddel van vanochtend: het paard. Hoewel niet alle paarden in het rijtje de commando’s van de gids opvolgen – halverwege de toer rijdt een van de paarden met passagier een flink stuk de andere kant uit – is het een machtig om op de rug van een dier de omgeving te ontdekken. De toer brengt ons onder meer langs El Fóssil. Het middagprogramma gaat te voet, want bestaat uit een hike met een gids door een gebied waar veel watervallen zijn. Hij vertelt ons van alles over de bijzondere natuur ter plekke. Als afsluiting is het pootjebaden is het ijskoude water van een van de watervallen.

Raquira

De volgende dag vertrekken we niet te laat richting Bogota, omdat onze route terug onder meer leidt langs het dorpje Raquira. De felgekleurde huisjes gaan op de foto en in een van de afgeladen winkeltjes kopen we wat aardewerken souvenirs voor de thuisblijvers.  Vanaf Raquira nemen we een andere (nog mooiere) route dan op de heenweg.  Via Chiquinquira en het meer van Fuqene, komen langzaamaan de bordjes Bogota weer in zicht. Vol nieuwe energie kunnen we voorlopig weer helemaal tegen de stadse drukte.